In 2010/2011 hebben we met twee stellen, Hennelies - Ipo en Liesbeth – Frus met twee auto’s een reis gemaakt van Nederland naar Kaapstad (www.cruisingafrica.blogspot.com). Dit avontuur beviel zo goed dat we besloten zoiets op een later tijdstip nog eens te doen.

Die tijd is nu gekomen met als start wederom Nederland en als einddoel Singapore.

We willen dit einddoel bereiken via Turkije, Georgië, Armenië, Azerbeidzjan, Iran, Turkmenistan, Oezbekistan, Tadzjikistan, Kirgizië, China, Laos, Cambodja, Thailand, Maleisië en Singapore. Ook Vietnam willen we graag aan doen maar tot nog toe is het nog niet gelukt om hier toestemming voor te verkrijgen.






Geplande Reisroute







woensdag 7 december 2016

Dat was het !



Nog heel veel jaren zullen wij ons deze prachtige reis herinneren. In ruim 5 maanden hebben wij 34.000 km afgelegd door 21 landen, van -40 m in Xinjiang tot 4.684 m hoog in Tibet, van het vriespunt in de Pamir in Tadzjikistan tot boven de 40oC in Iran, met 20% luchtvochtigheid in de woestijn van Turkmenistan tot 100% in Cambodja. Diepe indruk hebben vooral Iran, Tadzjikistan, Turkmenistan en China op ons gemaakt.

En niet alleen wijzelf maar ook onze auto’s hebben dit zonder onoverkomelijke problemen volgehouden. Zonder uitzondering waren de mensen die wij ontmoeten vriendelijk, nieuwsgierig maar vooral behulpzaam. Wij voelen ons bevoorrecht en dankbaar daarvoor.

Wederom heeft ook onze vriendschap met gemak de tijd overleefd. We hebben veel gepraat en ervaringen gedeeld, maar vooral veel gelachen. Hierbij willen wij ook allen bedanken die ons gevolgd en aangemoedigd hebben en hopen dat we jullie niet verveeld hebben met onze verhalen.


Ipo, Hennelies, Liesbeth en Frus - december 2016.

De laatste etappe



Maleisië
Na Thailand was er niet veel tijd meer over, dus gingen we in sneltreinvaart de laatste duizend kilometer door Maleisië. We brachten eerst wat tijd door in George Town op het eiland Penang. Hier zaten we als Nederlanders in de Indische wijk Little India in een Chinees hotel, Hong Ping, naar Engelse Kerstliedjes te luisteren. Ook bezochten we een tempel van Chinese origine boven op de berg. Chinezen zijn uitstekende handelaren en religie en commercie gaan hier hand in hand: zelfs tot in het binnenste van het tempelcomplex kan men allerlei toeristische snuisterijen en hapjes kopen. Penang staat ook bekend om de Chinese familieclans met hun eigen tempels-handelshuizen en huizen op zee.






Hierna vervolgden we onze reis naar Malakka. Tot onze grote consternatie hadden alle Chinezen in de wijde omgeving vanwege hun vakantie besloten hetzelfde te doen. Pas bij de tiende poging vonden we een hotelletje, wederom Chinees, dat nog net plaats voor ons had. Malakka – met een lange Nederlands-Engelse koloniale historie - heeft nog veel oude bebouwing gerenoveerd en heeft nu een prachtige avondmarkt waar wij met tienduizend andere toeristen doorheen schuifelden. Ook zeer gewild zijn de versierde riksja’s die als kerstbomen verlicht en met oorverdovende muziek uit de ingebouwde speakers met tientallen door het stadje bewegen.




En als laatste bezochten we Johor vlak bij de grens met Singapore. De reden was ditmaal niet uit toeristisch oogpunt maar ook omdat Ipo en Hennelies hier met hun dochter Anne, man Eelko en natuurlijk kleinkind Joep afgesproken hadden. Ipo had op internet kamers geboekt voor iedereen. De verrassing was dan ook groot toen we in een afgelegen golfcomplex terecht kwamen met de grootste kamers die wij ooit gezien hebben en met zwembad bovendien. Niet alleen hadden wij gemakkelijk kunnen fietsen in deze kamer maar een ronde van Johor had tot de mogelijkheden behoord. Die avond hebben we een enorm zwaar onweer mogen aanschouwen waarbij de bliksem in het hotel insloeg en de stroom in onze kamers uitviel. Het uitzicht vanuit de donkere kamer was adembenemend met een dozijn bliksemflitsen per minuut en het water dat met bakken uit de lucht viel.


En daarna vertrokken we naar Singapore, zo’n 10 km verderop over een grote brug. De file was enorm; duizenden auto’s en vrachtwagens probeerden deze grens over te steken. En toen gebeurde er iets wat we niet in deze mate verwacht hadden. Het bleek voor ons vreselijk moeilijk de auto’s over de grens te krijgen. In totaal heeft het ons $600 en 5 uur onderhandelen gekost om de laatste 20 km naar de haven te mogen rijden. Sterker nog: Ipo en Frus hebben de auto’s moeten achterlaten, de vrouwen zijn in ‘gijzeling’ genomen (opgesloten) om een paar specifieke documenten ergens in Singapore te kunnen bemachtigen. Maar uiteindelijk is het gelukt en hebben we met tranen in de ogen de bolides Berta en Roadrunner in de yard voor verscheping achtergelaten. Zij hebben ons (wederom) heel goed gediend.



dinsdag 6 december 2016

Vakantie in Thailand



Het is ons gelukt. We zijn de grens over. Alle papieren waren om 11 uur de avond voor vertrek binnen. In twee uur waren de grensformaliteiten gepiept en zijn we direct doorgereden naar Chantaburi. Daar hoorden we helaas van Dr. Phil - onze tussenpersoon voor de autopapieren - dat we de volgende dag direct weer konden omkeren om naar de grens terug te rijden omdat we een cruciaal document niet afgehaald hadden. We waren op dat moment illegaal aan het rijden in Thailand. De volgende dag dus 175 km heen en 175 km terug. Ook vreemd en zeker vervelend was dat onze auto’s een vergunning kregen voor een maand maar wij vieren kregen een visum voor twee weken. De auto’s mochten blijven maar de chauffeurs niet. Later bij de grens met Myanmar is het ons gelukt de visa te verlengen.
Wat ons direct opvalt, is dat Thailand in de rouw is vanwege het overlijden van koning Bumibol. Op alle publieke gebouwen en de vele koningsgezinde winkels hangen zwart witte doeken en zijn portretten van de koning geëtaleerd teneinde eer te bewijzen. We zien een koning met fototoestel, met saxofoon, serieus en vrolijk, koning bij onderdanen etc. Gelukkig zijn er geen maatregelen die het toeristen bestaan minder aantrekkelijk maken: er zijn nog volop alcoholische versnaperingen te vinden, alle massagesalons zijn nog open. Sterker nog in sommige musea mogen we zelfs gratis naar binnen. Ook voelen we ons hier steeds minder een reiziger en steeds meer een toerist. Het echte avontuurlijke en onbekende deel van de reis lijkt een beetje achter ons.

De eerste paar dagen brengen we aan de kust door bij Phue en Pattaya. We wisten dat het laatste een oord was waren (oude) mannen op zoek zijn naar (jonge) Thaise vrouwen en dat ziet er inderdaad niet vrolijk uit. Vandaar naar het noorden via de schilderende olifanten. Ook in Thailand zijn diverse restanten van Kmer koninkrijken teruggevonden. Wij fietsen rond op het Sokuthai complex, vol met tempels en andere bezienswaardigheden.



We rijden in Thailand weer verder naar het uiterste noorden. Weer even genieten van de uitlopers van de Himalayas. Allereerst in Khamphean Phet en dan naar Lampang waar we het Loi Krabang festival meemaken, waar eenieder lichtjes op het rivierwater zet of brandende ballonen de lucht in stuurt. Erg romantisch en dit jaar extra bijzonder vanwege de uitzonderlijk grote maan.


Changmai altijd leuk, nu extra leuk als we gaan mountainbiken. Met een toek-toek worden we boven op de berg met fietsen afgezet waarna we al remmend naar beneden hotsten en botsen over afschuwelijk hobbelige bospaadjes. Onze billen worden als stootkussens zwaar op de proef gesteld op die belachelijk smalle zadeltjes. Qua stootkussen hebben sommigen onder ons ook nog eens een oneerlijk voordeel.



Ook bij het Tubing wat we in de lokale rivier gedaan hebben hadden deze individuen een voordeel omdat we regelmatig de grond raakten en zij daar minder onder leden dan de mannelijke tak van het reisgezelschap.
 Eveneens in Chiang Mai hebben we meegedaan aan een kookcursus waarbij we een aantal heerlijke Thaise gerechten leerden koken. Het eten is zoals iedereen weet geweldig in Thailand, maar het moet ons toch van het hart dat sommigen onder ons regelmatig de tranen in de ogen hadden en dat was niet van verdriet.
Hierna vervolgen wij onze reis naar Pai, een ontzettend leuk dorpje gevuld met heel veel vrolijke jonge mensen die vreemd genoeg de muziek van onze generatie beluisteren maar dan wel met een rasta kapsel en een paar enorme tattoos. Voor 400 Baht (€10) woonden we in een prachtige tuin bij de Thaise Jan.
 De ultieme reden waarom wij vanuit Chiang Mai naar het westen reden was om het Karen volk te bezoeken. Deze stam is vooral bekend van zijn vrouwen met lange nekken. Zij draaien een steeds langere bronzen spiraal rond hun nek en zo lijkt het alsof hun nek langer wordt. De oudere dames dragen zo tot 7 kilo brons en doen dit nooit meer af. Ik heb het vergeten te vragen maar ik denk niet dat deze dames vaak in het zwembad springen. Wat ons opviel was dat deze traditie nog steeds in ere gehouden wordt want er waren ook verschillende jonge meiden met zo’n bronzen versiering.


De afstand naar Kanchantaburi was te groot en daarom hebben we de reis onderbroken in Lopburi, het apen dorp. Dit is een heel armoedig uitziend dorp maar vergeven van de apen. Misschien wel duizend apen klommen over de huizen, jatten het eten en scheten op de auto’s. Ons hotel, overigens even armoedig, was helemaal met een kooiconstructie omgeven om de beesten buiten te houden. De volgende dag zijn we snel weer verder gereden naar de rivier Kwai. Hier hebben we het museum bezocht en zijn met een de trein over de beroemde brug gereden. We werden vergezeld door honderden andere toeristen.


 De floating market is natuurlijk bij iedereen bekend. Wij hadden hem ook al eens gezien maar dat was lang geleden. Hij is er nog steeds en ook nog steeds leuk, alhoewel het meest verkochte spul nu toeristen materiaal is. Ook een tochtje op zo’n klein bootje met gigantische motor was wel aardig, alhoewel het in de James Bond film allemaal wat spectaculairder is.


Hennelies was jarig en dit moest natuurlijk gevierd worden. Wij hebben dit gedaan met een snorkeltochtje naar de eilandjes voor de kust van Chumphon. Veel visjes gezien en lekker gegeten en gezongen voor het jarige meisje.




Phuket wilden we overslaan, te druk en toeristisch. Daarom reden we naar Krabi wat helaas even druk en toeristisch bleek te zijn. Allemaal toeristen winkeltjes, vreetschuren overlopen met zonverbrande westerse toeristen. Gelukkig waren we gemotoriseerd waardoor we een tiental km’s naar het noorden toch nog een rustig strandje met fijn hotelletje en geweldig restaurant vonden. 
 We beginnen langzamerhand dicht te slibben door het vele lekkere eten en dus besloten we wat aan fitness te doen. De Tiger Cave tempel was een uitstekende keus want hij ligt 1237 traptreden hoog. Laten we de dag kort samenvatten door te zeggen dat het niet meeviel. 



De volgende dag verlieten we moe met pijnlijke kuitjes maar heel voldaan Thailand op weg naar nieuwe avonturen in Maleisië.